‘Voor mij is het Hub van Doornecollege een plek moeten waar leerlingen zich op hun gemak voelen, waar ze met plezier naartoe komen en les krijgen van gepassioneerde docenten. Een plek waar ze iets leren, maar tegelijkertijd hun verhaal kwijt kunnen. Afgaande op de reacties van leerlingen en ouders, komen we aardig in de buurt hiervan.’

‘Je merkt dat de leerlingen hier op hun plek zitten. Daar doen we hard ons best voor. We steken veel energie in het leren kennen van onze leerlingen, zodat ze zich hier snel thuis voelen. Ook vinden wij een goede band met ouders belangrijk, omdat we samen met de ouders veel aandacht besteden aan de begeleiding van onze leerlingen.

Wat ook helpt, is het introductiekamp aan het begin van het schooljaar, als alle eerstejaars en mentoren samen een paar dagen weggaan. Dat is best spannend voor sommige leerlingen. Maar ze hebben dan zoveel plezier, dat is leuk om te zien. En ze leren elkaar in korte tijd heel goed kennen. Ze bouwen een goede band op met elkaar en met de mentor. Bij de mentor kunnen ze altijd terecht. Dat vinden wij erg belangrijk.’

‘Als docenten beseffen wij soms niet hoeveel impact wij kunnen hebben op een leerling. Ik weet nog, een oud-leerling, die jongen was zo ontzettend snel. ‘Daar moet je iets mee gaan doen’, zei ik (als LO-docent) tegen hem. ‘Is atletiek niets voor jou?’ Een paar jaar geleden kwam hij nog eens langs op school, zat hij bij het Nederlands Atletiekteam. Hij zei: ‘Juf, ik vond het zo gaaf dat u dat toen tegen mij zei, anders was ik nooit atletiek gaan doen en had ik niet gestaan waar ik nu sta.’ Hij was echt trots. Dat ik vond ik zo bijzonder om te horen. Je hebt op zo’n moment helemaal niet door dat je zoveel impact kan hebben en dat krijg je ook lang niet altijd terug. Het is mooi dat zo’n jongen dan nog een keer langskomt om zijn verhaal te vertellen. Ook dat is ‘het Hub.’